Karin Wielandt:
‘Ik schuif wekelijks bij “mijn” wijkteam aan. Ze kennen me daar inmiddels en bellen nu sneller voor advies’
Online drempels verlagen
Aansluiten bij jongere generaties
Niet alleen over advies, ook over melden bij Veilig Thuis bestaan misverstanden, zeggen de medewerkers van Veilig Thuis. Zoals het hardnekkige: Veilig Thuis komt pas na drie meldingen in actie. ‘Waar dat verhaal vandaan komt? Geen idee, maar ik moet het heel vaak ontkrachten,’ zegt Karin Wielandt.
Een ander misverstand: ‘Professionals zijn vaak bang dat ze na een melding de regie meteen kwijtraken, dat wij de boel overnemen,’ zegt Jacobien ter Horst. En dat terwijl samenwerken met andere professionals voor Veilig Thuis juist belangrijk is. ‘Na een melding ligt de regie inderdaad bij ons, maar dat betekent niet dat we niet samen optrekken met andere professionals. Zo ga ik meestal met een professional die de mensen al kent op huisbezoek.’
Misverstanden over meldingen
Michel Heenck:
‘Telefoontjes van plegers krijg ik tegenwoordig niet meer’
Meer een meldpunt geworden
Ruimte pakken
Geen dagelijks werk
Rare denkbeelden
Jacobien ter Horst, medewerker Onderzoek en Interventie Veilig Thuis IJsselland, aandachtsfunctionaris ouderenmishandeling.
Karin Wielandt, medewerker Melding en Advies, Veilig Thuis IJsselland, aandachtsfunctionaris mensenhandel.
Michel Heenck, medewerker frontoffice en voorlichter, Veilig Thuis Gelderland-Midden.
Annemarie van de Ruit, medewerker frontoffice, voorlichter en trainer Veilig Thuis Gelderland-Midden.
Aan het woord:
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina
Scroll naar beneden
Ze vertelt hoe twee hulpverleners van het wijkteam onlangs nog een complexe casus met haar bespraken over twee partners en de volwassen zoon van de ene partner. ‘Er spelen al langer problemen: schulden, en conflicten over de (stief)zoon die thuis woont en werkloos is. De man in kwestie doet suïcidale uitspraken en wil graag hulp. De vrouw wil scheiden, maar dat mag haar partner niet weten totdat ze andere woonruimte heeft. Wat nu?, was de vraag van de wijkteamcollega’s. Ook gezien de uitspraken over suïcide van de man. Samen zijn we tot de conclusie gekomen dat het goed is om samen met meneer en mevrouw in gesprek te gaan. Ook wordt er contact gelegd met de huisarts, in het geval dat de man inderdaad suïcidaal blijkt.’
Wielandt is enthousiast over deze manier van werken. ‘Advies op locatie werkt heel goed, er ontstaan korte lijntjes, vertrouwen. Ik zou het andere Veilig Thuis-organisaties echt aanraden.’
Meer informatie
Eerder dit jaar gaven Grete Houwen en Myrthe Vlaardingerbroek van Veilig Thuis een webinar over een aantal veelgehoorde vragen over Veilig Thuis, zoals wat de adviesfunctie inhoudt. Je kunt een complicatie van het webinar (14.40 min.) hier terugkijken.
Wielandt ziet veel online mogelijkheden. ‘We moeten inderdaad meer naar buiten treden. Ook op Instagram kunnen we stukjes informatie plaatsen over verschillende onderwerpen, denk aan oudermishandeling en ongezonde relaties. We maken daar binnen Veilig Thuis echt te weinig gebruik van. Dit zijn allemaal middelen om te werken aan meer naamsbekendheid, maar ook om de drempel te verlagen.’
Ouderen zijn online minder goed te bereiken, vult Ter Horst aan. ‘Maar die kun je wel bereiken via bijvoorbeeld huis-aan-huisblaadjes, of via ouderenbonden. Ik ben het eens met Karin, we moeten de boer op. Dat gebeurt echt nog te weinig.’
Ook met voorlichting aan professionals in de ouderenzorg kan nog een hele wereld worden gewonnen. ‘Wanneer bijvoorbeeld thuiszorgmedewerkers beter weten welke signalen kunnen wijzen op ouderenmishandeling, zullen ze ons eerder om advies vragen.’
Wielandt hoopt dat professionals in hun eigen omgeving de adviesfunctie van Veilig Thuis benadrukken. ‘Het zou heel goed zijn wanneer ze zowel richting collega’s als richting cliënten aangeven dat je Veilig Thuis gewoon kunt bellen voor advies en dat je ook de naam van degene over wie het gaat niet hoeft te noemen. ’
Voor jongere generaties - of dat nu een jongerenwerker of een jongere vrouw in een ongezonde relatie is - ‘leeft of bestaat Veilig Thuis helemaal niet’, klinkt het. Volgens Heenck moet er beter worden nagedacht over de communicatie. Bijvoorbeeld door op de websites van Veilig Thuis ‘het stukje steun en advies’ te benadrukken en minder in jargon te praten. ‘We werpen zelf nu ook een hoge drempel op.’
Annemarie van de Ruit:
‘Toen mensen ook in de avonduren konden chatten, veranderde de toon van de gesprekken’
‘Om alle misverstanden uit de weg te helpen, is voorlichting belangrijk,’ zegt Wielandt. Ik merk vaak dat professionals na een voorlichting veel vaker bellen. Dat valt echt op.’
Veilig Thuis moet dus meer de boer op om die functie van advies en ondersteuning breder en beter onder de aandacht te brengen bij professionals en het publiek, daar zijn deze medewerkers het over eens. De organisatie moet volgens hen werken aan de naamsbekendheid en online actiever worden. De professionals zijn al blij met de chatfunctie van Veilig Thuis, die tijdens corona versneld is ingevoerd. Daardoor werden ze vaker direct door slachtoffers benaderd.
Van de Ruit: ‘We moeten beter aansluiten bij jongere generaties. En ik merkte tijdens corona, toen mensen ook in de avonduren konden chatten, dat de toon van de gesprekken veranderde: angstiger, voorzichtiger. We spraken vaker slachtoffers die stiekem op de slaapkamer chatten.’
Heenck herinnert zich nog dat er in de begintijd van Veilig Thuis, toen SHG en AMK net waren samengevoegd, meer mensen aanklopten die op zoek waren naar ‘het steunpunt.’ ‘Ik kreeg weleens telefoontjes van vaders die dan hakkelend zeiden: “Ik ben er niet trots op, maar ik heb dit weekend flink uitgehaald naar mijn zoon. Ik weet dat ik dat niet had moeten doen.” Het was soms voor het eerst dat iemand dat toegaf. Dat soort telefoontjes kreeg ik regelmatig. Nu niet meer. De functie van steunpunt was toen blijkbaar duidelijker.’
Wielandt: ‘Slachtoffers krijg ik nog weleens aan de lijn, die worden door professionals of de politie op ons gewezen, maar plegers? Die heb ik al die jaren nog niet gesproken.’
Veilig Thuis is - ook door de aangescherpte meldcode - meer een meldpunt geworden, vinden ze. Ik denk vaak genoeg: had nu een half jaar eerder om advies gevraagd, dan hadden we misschien een hoop ellende kunnen voorkomen. Je wilt bovendien ook niet dat mensen een melding doen terwijl dat niet nodig is.’
Ze heeft later opnieuw contact gehad met de moeder en na overleg met de gedragswetenschapper van Veilig Thuis is besloten te proberen om met hulp van andere professionals meer zicht te krijgen op de zwangere dochter, zodat er hulpverlening kan worden ingezet.
‘Het mooie is dat de moeder geen melding heeft hoeven doen, met het risico dat haar dochter het contact zou verbreken. Dus dat we het bij advies konden laten.’
Ook bezorgde mensen uit de omgeving van een gezin, zoals familieleden of buren, kunnen bellen voor advies, benadrukt Wielandt. Ze voerde onlangs nog een mooi gesprek met een moeder die zich grote zorgen maakte over haar zwangere dochter die in een gevaarlijke relatie zat. ‘Ze wilde haar helpen, maar is bang om haar dochter kwijt te raken. Het meisje zelf wist niet zeker of ze wel hulp wilde vragen. Toen hebben we afgesproken dat zij het lijntje houdt met haar dochter en op het moment dat haar dochter aangeeft hulp te willen, dan kan ze mij appen. Ook als dat ’s avonds of in het weekend is.
Dit is normaal gesproken niet onze werkwijze. Maar het is wel wat deze casus nu nodig heeft en het is mijn persoonlijke keuze om dit zo op te pakken. Dat meebewegen met de persoon aan de andere kant van de lijn, die ruimte pakken, vind ik heel belangrijk.’
Michel Heenck wijst erop dat leerkrachten en andere professionals niet intensief bezig zijn met kindermishandeling of huiselijk geweld. ‘Voor ons is dit dagelijks werk, maar een professional in een ander werkveld heeft misschien eens per jaar met een casus te maken. En we kunnen ook niet van elke professional verwachten dat die volledig op de hoogte is van alle ins en outs van ons werk, van de meldcode.’
De adviesfunctie is juist bedoeld om samen te overleggen, om escalatie te voorkomen, om met een frisse blik naar een bepaalde situatie te kijken. Met mensen die zich afvragen: hoe voer ik een gesprek met een ouder over wiens kind er zorgen zijn? Wat is mijn volgende stap? Wat moet ik met dit onderbuikgevoel?
Volgens Van de Ruit hangt veel af van de directie van een organisatie of school. ‘Als zij dit een belangrijk thema vindt en zich erover uitspreekt, dan zie je meteen dat er binnen die organisatie of school meer aandacht is en medewerkers eerder contact met ons opnemen. Ook de aanstelling van een aandachtsfunctionaris, die een training heeft gevolgd, helpt enorm. Is die prioriteit er niet, dan belandt het op de lange lijst van dingen die “ook nog moeten”.’
Het is volgens collega Wielandt van Veilig Thuis IJsselland belangrijk dat professionals de medewerkers van Veilig Thuis leren kennen. ‘We hebben vanuit ons team Melding en Advies vaste contactpersonen in het lokale veld. Zelf schuif ik een ochtend per week bij “mijn” wijkteam aan. Ze kennen me daar inmiddels en bellen nu sneller voor advies.’
Professionals denken vaak dat ze meteen een melding moeten doen bij Veilig Thuis. Van de Ruit heeft daarom een vaste beginzin als zij haar soms aarzelend een situatie voorleggen: “Ik stel voor dat je eerst vertelt wat er aan de hand is, wat jouw zorgen zijn, en dan kijken we daarna verder wat de volgende stappen kunnen zijn.” Ik voel dan vaak een soort opluchting aan de andere kant van de lijn.’
Wielandt knikt instemmend. ‘Mensen hebben heel rare denkbeelden bij Veilig Thuis, dat we meteen van alles gaan doen, gaan optuigen. Nee, leg ik dan uit, bij advies blijft degene over wie je belt anoniem. Dus we weten helemaal niks.’
Jacobien ter Horst: ‘Veilig Thuis is echt een beladen begrip geworden. Niet alleen bij mensen die denken dat wij zomaar kinderen uit huis halen, maar ook onder professionals. Ze zijn bang dat ze het contact met hun cliënten verliezen, waardoor de situatie nog onveiliger wordt.’
‘Advies geven zit me in het bloed, zegt Van de Ruit. Ze herinnert zich nog het boekje De A van het AMK dat in 2000 werd uitgebracht. ‘Ik moet het thuis nog hebben liggen. Ook destijds waren we dus op zoek naar manieren om die adviesfunctie onder de aandacht te brengen. Ik benadruk het elke keer weer. Bij twijfel: kom op de lijn, daar zijn we voor.’
Ze hebben inmiddels heel wat ervaring in huis. Werkten al voor het Steunpunt Huiselijk Geweld en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), die in 2015 opgingen in Veilig Thuis. Ze zagen de afgelopen jaren de aandacht voor kindermishandeling, huiselijk geweld en femicide in Nederland groeien. Dagelijks spreken ze met professionals en mensen die zich zorgen maken over een ouder, een gezin, een leerling, een buurmeisje… Ze kennen de verhalen achter de voordeur. Goed luisteren, situaties inschatten, samenwerken met andere professionals; het zijn de vaste ingrediënten van hun werkdag.
Regelmatig geven ze voorlichting en trainingen aan andere professionals. Over signalen van kindermishandeling, over de meldcode én over Veilig Thuis. Annemarie van de Ruit stond pas nog voor een groep sociaal werkers, Karin Wielandt - ook aandachtfunctionaris ouderenmishandeling - was te gast bij een thuiszorgorganisatie. Kortom, vier ervaren professionals die graag tijd maken voor een gesprek over de adviesfunctie van Veilig Thuis.
in de praktijk
8 min.
Jessica Maas
Medewerkers van Veilig Thuis herhalen het bijna dagelijks: ‘Bel gerust voor advies, daar zijn we voor.’ Maar de drempel om contact op te nemen, blijft maar hoog. Hoe komt dit? En hoe kan Veilig Thuis makkelijker benaderbaar worden? Een gesprek met vier kritische medewerkers.
‘Met advies kun je meer ellende voorkomen’
Meer informatie
Eerder dit jaar gaven Grete Houwen en Myrthe Vlaardingerbroek van Veilig Thuis een webinar over een aantal veelgehoorde vragen over Veilig Thuis, zoals wat de adviesfunctie inhoudt. Je kunt een complicatie van het webinar (14.40 min.) hier terugkijken.
Wielandt ziet veel online mogelijkheden. ‘We moeten inderdaad meer naar buiten treden. Ook op Instagram kunnen we stukjes informatie plaatsen over verschillende onderwerpen, denk aan oudermishandeling en ongezonde relaties. We maken daar binnen Veilig Thuis echt te weinig gebruik van. Dit zijn allemaal middelen om te werken aan meer naamsbekendheid, maar ook om de drempel te verlagen.’
Ouderen zijn online minder goed te bereiken, vult Ter Horst aan. ‘Maar die kun je wel bereiken via bijvoorbeeld huis-aan-huisblaadjes, of via ouderenbonden. Ik ben het eens met Karin, we moeten de boer op. Dat gebeurt echt nog te weinig.’
Ook met voorlichting aan professionals in de ouderenzorg kan nog een hele wereld worden gewonnen. ‘Wanneer bijvoorbeeld thuiszorgmedewerkers beter weten welke signalen kunnen wijzen op ouderenmishandeling, zullen ze ons eerder om advies vragen.’
Wielandt hoopt dat professionals in hun eigen omgeving de adviesfunctie van Veilig Thuis benadrukken. ‘Het zou heel goed zijn wanneer ze zowel richting collega’s als richting cliënten aangeven dat je Veilig Thuis gewoon kunt bellen voor advies en dat je ook de naam van degene over wie het gaat niet hoeft te noemen. ’
Online drempels verlagen
Annemarie van de Ruit:
‘Toen mensen ook in de avonduren konden chatten, veranderde de toon van de gesprekken’
Voor jongere generaties - of dat nu een jongerenwerker of een jongere vrouw in een ongezonde relatie is - ‘leeft of bestaat Veilig Thuis helemaal niet’, klinkt het. Volgens Heenck moet er beter worden nagedacht over de communicatie. Bijvoorbeeld door op de websites van Veilig Thuis ‘het stukje steun en advies’ te benadrukken en minder in jargon te praten. ‘We werpen zelf nu ook een hoge drempel op.’
‘Om alle misverstanden uit de weg te helpen, is voorlichting belangrijk,’ zegt Wielandt. Ik merk vaak dat professionals na een voorlichting veel vaker bellen. Dat valt echt op.’
Veilig Thuis moet dus meer de boer op om die functie van advies en ondersteuning breder en beter onder de aandacht te brengen bij professionals en het publiek, daar zijn deze medewerkers het over eens. De organisatie moet volgens hen werken aan de naamsbekendheid en online actiever worden. De professionals zijn al blij met de chatfunctie van Veilig Thuis, die tijdens corona versneld is ingevoerd. Daardoor werden ze vaker direct door slachtoffers benaderd.
Van de Ruit: ‘We moeten beter aansluiten bij jongere generaties. En ik merkte tijdens corona, toen mensen ook in de avonduren konden chatten, dat de toon van de gesprekken veranderde: angstiger, voorzichtiger. We spraken vaker slachtoffers die stiekem op de slaapkamer chatten.’
Aansluiten bij jongere generaties
Niet alleen over advies, ook over melden bij Veilig Thuis bestaan misverstanden, zeggen de medewerkers van Veilig Thuis. Zoals het hardnekkige: Veilig Thuis komt pas na drie meldingen in actie. ‘Waar dat verhaal vandaan komt? Geen idee, maar ik moet het heel vaak ontkrachten,’ zegt Karin Wielandt.
Een ander misverstand: ‘Professionals zijn vaak bang dat ze na een melding de regie meteen kwijtraken, dat wij de boel overnemen,’ zegt Jacobien ter Horst. En dat terwijl samenwerken met andere professionals voor Veilig Thuis juist belangrijk is. ‘Na een melding ligt de regie inderdaad bij ons, maar dat betekent niet dat we niet samen optrekken met andere professionals. Zo ga ik meestal met een professional die de mensen al kent op huisbezoek.’
Misverstanden over meldingen
Heenck herinnert zich nog dat er in de begintijd van Veilig Thuis, toen SHG en AMK net waren samengevoegd, meer mensen aanklopten die op zoek waren naar ‘het steunpunt.’ ‘Ik kreeg weleens telefoontjes van vaders die dan hakkelend zeiden: “Ik ben er niet trots op, maar ik heb dit weekend flink uitgehaald naar mijn zoon. Ik weet dat ik dat niet had moeten doen.” Het was soms voor het eerst dat iemand dat toegaf. Dat soort telefoontjes kreeg ik regelmatig. Nu niet meer. De functie van steunpunt was toen blijkbaar duidelijker.’
Wielandt: ‘Slachtoffers krijg ik nog weleens aan de lijn, die worden door professionals of de politie op ons gewezen, maar plegers? Die heb ik al die jaren nog niet gesproken.’
Veilig Thuis is - ook door de aangescherpte meldcode - meer een meldpunt geworden, vinden ze. Ik denk vaak genoeg: had nu een half jaar eerder om advies gevraagd, dan hadden we misschien een hoop ellende kunnen voorkomen. Je wilt bovendien ook niet dat mensen een melding doen terwijl dat niet nodig is.’
Meer een meldpunt geworden
Michel Heenck:
‘Telefoontjes van plegers krijg ik tegenwoordig niet meer’
Ze heeft later opnieuw contact gehad met de moeder en na overleg met de gedragswetenschapper van Veilig Thuis is besloten te proberen om met hulp van andere professionals meer zicht te krijgen op de zwangere dochter, zodat er hulpverlening kan worden ingezet.
‘Het mooie is dat de moeder geen melding heeft hoeven doen, met het risico dat haar dochter het contact zou verbreken. Dus dat we het bij advies konden laten.’
Ook bezorgde mensen uit de omgeving van een gezin, zoals familieleden of buren, kunnen bellen voor advies, benadrukt Wielandt. Ze voerde onlangs nog een mooi gesprek met een moeder die zich grote zorgen maakte over haar zwangere dochter die in een gevaarlijke relatie zat. ‘Ze wilde haar helpen, maar is bang om haar dochter kwijt te raken. Het meisje zelf wist niet zeker of ze wel hulp wilde vragen. Toen hebben we afgesproken dat zij het lijntje houdt met haar dochter en op het moment dat haar dochter aangeeft hulp te willen, dan kan ze mij appen. Ook als dat ’s avonds of in het weekend is.
Dit is normaal gesproken niet onze werkwijze. Maar het is wel wat deze casus nu nodig heeft en het is mijn persoonlijke keuze om dit zo op te pakken. Dat meebewegen met de persoon aan de andere kant van de lijn, die ruimte pakken, vind ik heel belangrijk.’
Ruimte pakken
Karin Wielandt:
‘Ik schuif wekelijks bij “mijn” wijkteam aan. Ze kennen me daar inmiddels en bellen nu sneller voor advies’
Michel Heenck wijst erop dat leerkrachten en andere professionals niet intensief bezig zijn met kindermishandeling of huiselijk geweld. ‘Voor ons is dit dagelijks werk, maar een professional in een ander werkveld heeft misschien eens per jaar met een casus te maken. En we kunnen ook niet van elke professional verwachten dat die volledig op de hoogte is van alle ins en outs van ons werk, van de meldcode.’
De adviesfunctie is juist bedoeld om samen te overleggen, om escalatie te voorkomen, om met een frisse blik naar een bepaalde situatie te kijken. Met mensen die zich afvragen: hoe voer ik een gesprek met een ouder over wiens kind er zorgen zijn? Wat is mijn volgende stap? Wat moet ik met dit onderbuikgevoel?
Volgens Van de Ruit hangt veel af van de directie van een organisatie of school. ‘Als zij dit een belangrijk thema vindt en zich erover uitspreekt, dan zie je meteen dat er binnen die organisatie of school meer aandacht is en medewerkers eerder contact met ons opnemen. Ook de aanstelling van een aandachtsfunctionaris, die een training heeft gevolgd, helpt enorm. Is die prioriteit er niet, dan belandt het op de lange lijst van dingen die “ook nog moeten”.’
Het is volgens collega Wielandt van Veilig Thuis IJsselland belangrijk dat professionals de medewerkers van Veilig Thuis leren kennen. ‘We hebben vanuit ons team Melding en Advies vaste contactpersonen in het lokale veld. Zelf schuif ik een ochtend per week bij “mijn” wijkteam aan. Ze kennen me daar inmiddels en bellen nu sneller voor advies.’
Geen dagelijks werk
Ze vertelt hoe twee hulpverleners van het wijkteam onlangs nog een complexe casus met haar bespraken over twee partners en de volwassen zoon van de ene partner. ‘Er spelen al langer problemen: schulden, en conflicten over de (stief)zoon die thuis woont en werkloos is. De man in kwestie doet suïcidale uitspraken en wil graag hulp. De vrouw wil scheiden, maar dat mag haar partner niet weten totdat ze andere woonruimte heeft. Wat nu?, was de vraag van de wijkteamcollega’s. Ook gezien de uitspraken over suïcide van de man. Samen zijn we tot de conclusie gekomen dat het goed is om samen met meneer en mevrouw in gesprek te gaan. Ook wordt er contact gelegd met de huisarts, in het geval dat de man inderdaad suïcidaal blijkt.’
Wielandt is enthousiast over deze manier van werken. ‘Advies op locatie werkt heel goed, er ontstaan korte lijntjes, vertrouwen. Ik zou het andere Veilig Thuis-organisaties echt aanraden.’
Professionals denken vaak dat ze meteen een melding moeten doen bij Veilig Thuis. Van de Ruit heeft daarom een vaste beginzin als zij haar soms aarzelend een situatie voorleggen: “Ik stel voor dat je eerst vertelt wat er aan de hand is, wat jouw zorgen zijn, en dan kijken we daarna verder wat de volgende stappen kunnen zijn.” Ik voel dan vaak een soort opluchting aan de andere kant van de lijn.’
Wielandt knikt instemmend. ‘Mensen hebben heel rare denkbeelden bij Veilig Thuis, dat we meteen van alles gaan doen, gaan optuigen. Nee, leg ik dan uit, bij advies blijft degene over wie je belt anoniem. Dus we weten helemaal niks.’
Jacobien ter Horst: ‘Veilig Thuis is echt een beladen begrip geworden. Niet alleen bij mensen die denken dat wij zomaar kinderen uit huis halen, maar ook onder professionals. Ze zijn bang dat ze het contact met hun cliënten verliezen, waardoor de situatie nog onveiliger wordt.’
‘Advies geven zit me in het bloed, zegt Van de Ruit. Ze herinnert zich nog het boekje De A van het AMK dat in 2000 werd uitgebracht. ‘Ik moet het thuis nog hebben liggen. Ook destijds waren we dus op zoek naar manieren om die adviesfunctie onder de aandacht te brengen. Ik benadruk het elke keer weer. Bij twijfel: kom op de lijn, daar zijn we voor.’
Rare denkbeelden
Jacobien ter Horst, medewerker Onderzoek en Interventie Veilig Thuis IJsselland, aandachtsfunctionaris ouderenmishandeling.
Karin Wielandt, medewerker Melding en Advies, Veilig Thuis IJsselland, aandachtsfunctionaris mensenhandel.
Michel Heenck, medewerker frontoffice en voorlichter, Veilig Thuis Gelderland-Midden.
Annemarie van de Ruit, medewerker frontoffice, voorlichter en trainer Veilig Thuis Gelderland-Midden.
Ze hebben inmiddels heel wat ervaring in huis. Werkten al voor het Steunpunt Huiselijk Geweld en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), die in 2015 opgingen in Veilig Thuis. Ze zagen de afgelopen jaren de aandacht voor kindermishandeling, huiselijk geweld en femicide in Nederland groeien. Dagelijks spreken ze met professionals en mensen die zich zorgen maken over een ouder, een gezin, een leerling, een buurmeisje… Ze kennen de verhalen achter de voordeur. Goed luisteren, situaties inschatten, samenwerken met andere professionals; het zijn de vaste ingrediënten van hun werkdag.
Regelmatig geven ze voorlichting en trainingen aan andere professionals. Over signalen van kindermishandeling, over de meldcode én over Veilig Thuis. Annemarie van de Ruit stond pas nog voor een groep sociaal werkers, Karin Wielandt - ook aandachtfunctionaris ouderenmishandeling - was te gast bij een thuiszorgorganisatie. Kortom, vier ervaren professionals die graag tijd maken voor een gesprek over de adviesfunctie van Veilig Thuis.
Aan het woord:
8 min.
in de praktijk
Jessica Maas
‘Met advies kun je meer ellende voorkomen’
Medewerkers van Veilig Thuis herhalen het bijna dagelijks: ‘Bel gerust voor advies, daar zijn we voor.’ Maar de drempel om contact op te nemen, blijft maar hoog. Hoe komt dit? En hoe kan Veilig Thuis makkelijker benaderbaar worden? Een gesprek met vier kritische medewerkers.
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina